Bij RG zijn veel verschillende mogelijkheden. Je kunt een individuele oefening of een oefening met een groep doen. Dat kan met een materiaal en bij de jonge kinderen ook zonder. Bij RG gebruik je de materialen: knotsen, lint, touw, hoepel of bal.

Uitvoering

Muziek, ritme en coördinatie zijn belangrijk bij RG. Acrobatische onderdelen zoals salto’s horen daar niet bij. Veel belangrijker is de muziek: afwisseling van ritme en snelheid. Je oefent om een zo perfect mogelijke uitvoering te geven. Soms in een officiële wedstrijd, maar ook vaak in een demonstratie.

Materialen

 

Touw

Bij touw horen sprongen, een touw is immers om te springen. Naast springen kun je met een touw ook zwaaien, achtjes draaien, opgooien en weer vangen. Je oefent op muziek en zorgt ervoor dat het touw niet in de knoop raakt, niet in elkaar krult of uit je handen glipt. Sprong is bij touw het belangrijkste lichaamselement.

Hoepel

De hoepel is van plastic en vaak mooi versierd met tape. Met de hoepel kun je natuurlijk hoepelen maar kun je ook rollen, opgooien en vangen, zwaaien en kantelen. Je eigen bewegingen en de muziek moeten er natuurlijk goed bij passen. Bij hoepel zijn alle lichaamselementen even belangrijk, in verhouding moeten alle lichaamselementen gelijk aan bod komen.

Bal

Stuiten, rollen en gooien. Stuiten kan met je handen maar ook met je voet, knie of hoofd. Hetzelfde geldt voor rollen en gooien, er zijn tal van mogelijkheden. De sierlijkheid van een gymnaste komt bij bal vaak heel erg naar voren. Lenigheid en wellen zijn bij bal de belangrijkste lichaamselementen.

Knotsen

Knotsen hebben de vorm van een fles en hebben vaak de prachtigste kleuren. Je kunt er van alles mee doen: zwaaien, molentjes draaien, laten rollen, gooien en weer opvangen. Spectaculair is het hoog opgooien van de knotsen, terwijl je snelle bewegingen op muziek of (vaak meerdere) koprollen maakt. Natuurlijk ben je weer precies op tijd op de juiste plaats om de knotsen op te vangen. Bij knots zijn evenwichten de belangrijkste lichaamselementen.

Lint

Lint is minstens 6 meter lang en zit vast aan een stokje. Linten zijn er in alle kleuren. Bij een oefening moet het lint altijd in beweging blijven. Dus zorg je door zwaaien, serpentines en het draaien van spiralen en achtjes ervoor, dat het lint voortdurend in mooie vormen in de lucht blijft. Ook gooien van het lint hoort erbij. Bij lint zijn de pirouettes het belangrijkste lichaamselement.

Kleding

 

Pakjes

Bij ritmisch gym worden er tijdens wedstrijden pakjes gedragen. Tegenwoordig vind je ze in alle kleuren van de regenboog. De pakjes moeten uit 1 stuk zijn en mogen geen zogeheten spaghettibandjes hebben. Korte mouwen mag wel. Ook mag er een rokje aan het pak zitten, maar die moet wel in overeenstemming zijn met de rest.

Teentjes

Aan de voeten worden teentjes gedragen. De teentjes zitten om de tenen en worden met elastiek achter de hielen vastgehouden.